DEWA lanceert een nieuw model mobiele maalinstallatie voor vochtig maisgraan. Het volledige concept van de machine werd gewijzigd. Het vochtige maïsgraan wordt niet gemalen met een hamermolen maar met een mesrotor.
Een rotor uitgerust met messen snijdt de maïskorrels fijn, de fijnheid van het meel wordt bepaald door veschillende zeefelementen. Bij de machine worden verschillende zeefelementen geleverd die na elkaar langs de rotor worden geplaatst.
De aandrijving van de maalinstallatie gebeurt door 2 motoren. Deze zijn totaal onafhankelijk van elkaar gemonteerd en hebben elk hun functie. De hoofdmotor is een Scania 16 L V8 die 478 Kw (650 Pk) produceert bij 2.100 rpm. Deze motor dient enkel om de rotor van de maalunit aan te drijven. Tussen motor en maalunit is er een slijtagevrije vloeistofkoppeling gemonteerd.
De tweede motor is een John Deere 4 cilinder met een vermogen van 100 KW (136 pk) bij 2.100 rpm. Deze is voorzien van en pompverdeelkast en alle hydraulische pompen. Alle hydraulische functies van de machine worden hierover aangedreven.
Voor de afvoer van het meel is er gekozen voor een volledig gesloten transportband in RVS met een lengte van 6450 mm, hiermee bereikt de machine een maximum loshoogte van 5.20. m. Deze transportband kan ook zwenken tot voor de machine zodat er zelfs over de trekker heen kan gewerkt worden.
Zoals alle ander maalderijen van DEWA is de machine steeds voorzien van een voorraadbunker met een capaciteit van ca.12 ton en heeft ze achteraan een instortbak die het mogelijk maakt het graan aan te voeren met landbouwkippers of vrachtwagens.
De bediening van de machine kan gebeuren via een vast bedieningspaneel of optioneel met een radiografische afstandsbediening.