Wie aan “American Muscle Power” denkt, beeld zich vaak brullende V8-motoren in. Ook in de landbouw is dat niet anders. Grote motoren met zes of acht cilinders en een groot vermogen met een bijpassend geluid. Ook Mathias Cattebeke van loonwerken Cattebeke kan hierover meespreken: “Op de tractorpulling plaats ik standaard mijn inox-uitlaat op de trekker. Zo hoor je de motor echt werken.”
Geen Europese trekkers op het erf van loonwerken Cattebeke buiten de John Deere 6250R met Duitse roots. De gehele loods kleurt groen-geel door het Amerikaanse merk John Deere. “Vroeger reden we hier met Renault, maar in 1995 kochten we een John Deere 7700 waar we zeer tevreden van waren.” Sinds die dag in 1995 rijdt het bedrijf enkel en alleen maar met John Deere waar men er nu vijf van heeft lopen. Mathias kreeg dan ook John Deere met de paplepel binnen. Zijn lievelingstrekker is zijn John Deere 8330 uit 2009. De trekker werd vanaf 2006 tot 2009 geproduceerd en laat zich vooral kenmerken door de sterke negen liter zescilinder motor met een maximaal vermogen van 300 pk.
Al sinds 1999 was bij John Deere de automatische powershift (16+5) standaard, maar op de 8330 was er ook een 50 km/h variabele transmissie beschikbaar. De IVT (Infinitely Variabele Transmission) was de AutoPower-transmissie. De trekker wordt dagelijks op het bedrijf ingezet voor het poten van aardappelen en grondbewerking. In de zomermaanden rijdt Mathias tractorpulling in de zwaardere klassen waar hij maar liefst 120 bekers mee naar huis nam. De belangrijkste overwinning was het Belgisch Kampioenschap van de 11,5 ton in 2013. “Op pensioen zal de trekker nog niet snel gaan, naast de tractorpulling zal hij ook nog enkele jaren meedraaien op het bedrijf”, lacht Mathias.