In en rond Poperinge is de naam Deroo een welgekende naam in landbouwmiddens. Je hebt er onder meer Deroo-constructie, landbouwwerken Deroo en landbouwmachines- Deroo. Echter hiermee heeft het volgende bedrijf helemaal geen familieband. Het loonbedrijf van Gilbert Deroo werd in 1964 opgericht. De ouderlijke hoeve van diens vader Oscar Deroo bood te weinig werk voor hen beide. Daarom besloot men om na de legerdienst van Gilbert, samen een loonbedrijf op te richten. Men startte aanvankelijk met een rode David Brown 880, waarmee ze gingen maaien en aardappelen rooien.
In 1967 richtte ze hun pijlen op de suikerbietenteelt en men investeerde eerst in een bieten zaaimachine en in 1968 besloot men om de bieten te gaan rooien met een Stoll-rooier. Hiermee rooiden ze dertien seizoenen lang, om in 1981 de grote stap te zetten naar een Vervaet & Heyens zelfrijder. Eén van de eerste die op de Belgische akkers aan de slag ging. Een gewaagde stap maar eentje die gerendeerd heeft. In 1989 verraste men opnieuw de klanten en de concurrentie, door de aankoop van een Accord Monopill van maar liefst 18 rijen. Deze machine was opengeplooid zo’n 8,2 meter breed en was bedoeld om bieten op een rijafstand van 45 cm te zaaien. Naarmate de jaren 90 vorderden werd het zaaien op 45 cm echter verdrongen door het zaaien op 50 cm. Waardoor deze machine zo goed als in onbruik raakte.
Naast de bietenteelt investeerde men ook fors in de aardappelteelt. Men startte met een AVR-opzakker die kon worden omgebouwd tot een bunkerrooier. Begin de jaren 70 kwam er een tweede AVR-rooier, alsook een AVR-hooglosser. In 1974 werd een 2-rijige AVR-rooier aangeschaft. Maar door het natte najaar werden er meer aardappelen met de helpende handen van ons Belgisch leger gerooid, dan met deze machine. Tenslotte maakte de getrokken rooier plaats voor een AVR-zelfrijder in 1992.
Eveneens een aparte verschijning op dit bedrijf waren de twee landbouwtrucks van Deroo. In 1974 werd een Magirus-Deutz voorzien van een AVR-hooglosser opbouw. Deze werd in 1981 vervangen door een Ginaf die eveneens werd voorzien van een hooglosser. Beide trucks leverden heel wat dienst tijdens het afvoeren van de gerooide aardappelen en bieten. Verder startte men in 1977 met maaidorsen, dit met behulp van een Clayson 1545. De volgende logische stap was dan ook de aankoop van een kleine balenpers. Met de opkomst van de maïsteelt werd ook besloten om maïs te gaan zaaien. Vanaf 1995 bouwde men de loonwerkactiviteiten af. Het zaaien van maïs bleef Gibert echter uitoefenen tot het einde van zijn carrière als loonwerker in 2015.
Tekst en beeld: Landbouwenmachines.be