Topartikelen over aardappelen
Aardappelen
Als we het puur hebben over areaal, dan zijn aardappelen na mais en gras het belangrijkste gewas dat in Nederland wordt geteeld. Het areaal lag in 2019 volgens het CBS op ongeveer 170.000 hectare. Hiervan is bijna 80.000 hectare voor consumptieaardappelen. Verder is een kleine 45.000 hectare is goed voor zetmeelaardappelen. Tot slot is bijna 44.000 hectare voor pootgoed.
Plantgroei en teelt
Aardappelen ontwikkelen een draderig wortelstelsel. Doorgaans worden deze wortels niet langer dan zestig centimeter. In vergelijking tot graangewassen, waarvan de wortels een lengte van zeker honderdtwintig centimeter kunnen bereiken, is de aardappel dus relatief vlakwortelend. Daardoor kunnen aardappelen vaak niet profiteren van vocht en voedingselementen op grotere diepte in de bodem. Om de wortelgroei te bevorderen wordt het gewas in ruggen geteeld, ook met het oog op een goede verwatering en vanwege het vereenvoudigen van de oogst. De aardappel gedijt het best op bodems met een pH-waarde tussen 5,5 en 7,0 met een laag zoutgehalte.
Ziekte en plagen
Phytophthora is herkenbaar aan de bruine plekken op blad en stengel is zeer relevant. Andere schimmels en ziekten, die in aardappelen voorkomen zijn bijvoorbeeld bladrolvirus, phoma, lakschurft, sclerotiënrot, bruinrot, schurft en alternaria. Als we het over plaaginsecten hebben in aardappelen gaat het vaak om aardappelmoeheid (door het cystenaaltje), coloradokever, ritnaalden, wortellesieaaltje, distructoraaltje, maiswortelknobbelaaltje (chitwoodi), groene perzikluis, groene appelwants en kaswittevlieg.