Isagri is een Frans softwarehuis dat onder meer programmatuur schrijft specifiek voor de landbouwsector. Het is al geruime tijd op de Belgische en Nederlandse markt aanwezig. Met de alsmaar snellere digitalisering van bedrijfsdata en de nood om alsmaar gedocumenteerder te werk te gaan komen deze softwarepakketten meer en meer in beeld bij de moderne landbouwers en loonwerkers. We spraken met Geert Vandepitte, verkoopsverantwoordelijke voor Vlaanderen van Isagri, over deze evolutie.
Geert, stel jezelf misschien even kort voor?
“Ik groeide op als boerenzoon op een gemengd bedrijf met akkerbouw en mestvee. Het bedrijf is intussen verder gezet door mijn broer. De volgende generatie is al bezig zijn stempel te drukken op de toekomst van het bedrijf die intussen puur akkerbouw is geworden, met aardappelen als specialiteit. Na het lager middelbaar aan het college Klein Seminarie, ben ik het hoger middelbaar begonnen aan de Vabi-landbouwschool te Roeselare om uiteindelijk te eindigen aan de Vives-hogeschool in Roeselare. Mijn eerste werkervaring heb ik opgedaan bij Frans Delva, een veevoederbedrijf in Veurne met talrijke vertakkingen in de landbouwsector, waar Frans de eerste en de laatste persoon was in het bedrijf. Altijd de klant op de eerste plaats, dat is wat ik bij Delva heb geleerd. Nadien heb ik een eigen bedrijf opgestart in gereedschappen en wisselstukken voor de landbouw. Tot enkele jaren geleden was ik met VDP TOOLS aanwezig op alle landbouwbeurzen en bracht zo mijn materieel aan de man, of beter gezegd aan de boer of boerin. Tot op het moment dat ik gezondheidsproblemen had, deed ik dit met veel plezier. Uiteindelijk ben ik in november 2014 bij Isagri begonnen als verantwoordelijke Vlaanderen.”
Er wordt wel eens gezegd dat onze boeren en loonwerkers niet rekenen, wat is uw mening hierover?
“De gemiddelde boer of loonwerker zit niet graag achter zijn bureau. Je bent geen boer of loonwerker geworden om aan de papieren te zitten. Je wilt echt werk verzetten. Het gevolg is dat loonwerkers met de modernste machines rondrijden maar hun registratie nog altijd doen zoals vader of grootvader, in een boek.
Gevolg is, en dan spreek ik uit ervaring, dat onze boeren en loonwerkers hun eigen kostprijs niet kennen. Ze kennen wel het algemeen cijfer in de sector en gaan ervan uit dat dit wel zal kloppen met hun eigen bedrijf. Hetzelfde verhaal voor loonwerkers. Deze baseert zijn eigen prijs op deze van de collega. Of deze prijs dan zijn eigen kosten dekt, is dikwijls niet geweten. De collega doet misschien de helft meer draaiuren met die machine waardoor zijn kostprijs per uur lager ligt. “Meten is weten” was altijd het credo van dhr. Bonte, de toenmalige directeur van het PCLT te Roeselare. En als je geen cijfers hebt om je op te baseren, kun je je bedrijf niet evalueren. Soms hoor ik de boer of loonwerker zeggen dat de markt de prijs bepaald, of dat het soms menselijk beter is, niet te weten of we geld verliezen.
Maar je moet elke dag bezig zijn met je bedrijfsvoering. Elke dag opnieuw jezelf afvragen of je goed bezig bent, zorgt ervoor dat je problemen tijdig ontdekt en je bedrijf kan aanpassen aan de veranderende wereld. Ook het idee dat een kg of liter meer productie, of een klant meer, meer winst oplevert, gaat niet altijd op. De kostprijs van de eerste kg of liter ligt meestal een stuk lager dan de kost voor de laatste kg of liter. Hetzelfde geldt voor loonwerkers. De laatste klant kost meer per ha dan uw eerste klant. Dit is de wet van de verminderde meeropbrengst om een moeilijke term te gebruiken.”
Hoe heb jij de landbouw zien evolueren de afgelopen decennia? Zie je die evolutie ook terug komen in de bedrijfsvoering?
“We evolueren meer en meer naar grote bedrijven. Vroeger was iemand met een carrouselstal of 500 ha uitzonderlijk. Vandaag heb je meer en meer zulke bedrijven. Of dit de juiste richting is weet ik niet, maar we kunnen de wereld niet tegenhouden. Evolutie is van alle tijden. Het verleden heeft ons altijd geleerd, dat wie niet evolueert ten dode opgeschreven is, vraag het maar aan de dinosaurussen! Maar soms heb ik het gevoel dat de evolutie van de technologie stopt aan de deur van de woning. Binnen wordt de computer gebruikt voor informatie te zoeken op het internet, voor betalingen, voor aangiftes die verplicht worden door afnemers of overheid en voor spelletjes.
Voor mij is het eenvoudig. Mijn computer – tablet – smartphone moet ervoor zorgen dat ik efficiënter kan werken. Mijn mails bijvoorbeeld komen toe op alle drie zodat ik een mail kan beantwoorden terwijl ik ergens enkele minuten moet wachten. Als je als boer of loonwerker al je informatie kunt ingeven op een smartphone of tablet terwijl je de werkzaamheden uitvoert, met bijkomend de zekerheid dat alle gegevens niet meer kunnen verloren worden, en je al deze gegevens kunt doorsturen naar je computer, waarom wil je dan nog alles opschrijven in een boek, en daarna overschrijven op een perceel- of klantenfiche, en eventueel nog eens moeten invoeren in de computer voor een factuur of om door te sturen naar een afnemer. Wij zeggen dikwijls dat we veel vergeten, dat het aan de leeftijd ligt dat we niet alles kunnen bijhouden. De waarheid is echter dat onze bovenkamer beperkte opslagcapaciteit heeft. We willen meer en meer, maar onze bovenkamer is niet uitbreidbaar. We kunnen dit oplossen door ons te laten bijstaan door computers. Als je er in slaagt de digitale kant ( computer – smartphone en bijhorende programma’s ), de machinale kant ( landbouwmachines ) en de menselijke kant op de gepaste manier te laten samenwerken, zal dit resulteren in stijging van de efficiëntie wat altijd zorgt voor meer winst op het bedrijf. De grootste en goedkoopste tijdwinst de komende jaren in de landbouw is te vinden in organisatie, en daarbij is een computer of smartphone met bijhorende software onontbeerlijk.”
“Als je er in slaagt de digitale, machinale en menselijke kant op de gepaste manier te laten samenwerken, zal dit resulteren in stijging van de efficiëntie.”
Boeren en loonwerkers worden alsmaar meer managers, maar spenderen liever hun tijd op hun trekker dan achter hun bureau. Is achter een bureau zitten nog wel nodig?
“Vroeger had iedere boer of loonwerker een grote kast in de woonkamer voor alle mappen. Dit evolueerde naar een aparte ruimte met kasten voor alle mappen en met een vaste computer op een bureel, waar hij of zij dan alleen zat. Vandaag zie ik meer en meer boeren en loonwerkers die nog altijd die kantoorruimte hebben voor alle papieren documenten, maar die met een laptop of tablet in de woonkamer zitten, door de vele werkuren ben je al blij eens samen te zitten met het gezin. En tegenwoordig ben je met alles verbonden via wifi. Daarnaast staat meer en meer informatie in een cloud. Een cloud of een server is een computer die op afstand staat en die al de gegevens opslaat. Deze gegevens zijn raadpleegbaar via internet. Deze cloud heeft ook altijd een copy staan zodat het zo goed als onmogelijk is om gegevens kwijt te geraken. Dit systeem van werken laat toe om gegevens overal en altijd te raadplegen. Op die manier kan er van achter het stuur van de trekker of onderweg in de auto ook gewerkt worden aan de registratie van gegevens of aan de facturatie.”
“Hoe dikwijls maak je het niet mee dat je 10 – 15 minuten staat te wachten op iets. Je maakt je zenuwachtig omdat je nog zoveel te doen hebt. Met een systeem in een cloud kun je deze verloren tijd invullen door nuttige tijd. Persoonlijk zit ik iedere dag op de baan. Mijn collega’s lachten soms met mijn auto. Ik heb een stroomomvormer om 220 volt te maken. Naast de standaard gps, ingebouwd in het voertuig, heb ik een houder voor mijn smartphone om zoveel mogelijk te bellen tijdens het rijden om de uren achter het stuur efficiënt in te vullen. Daarnaast heb ik nog een houder voor mijn tablet. Zo kan ik gemakkelijk alle mails lezen en beantwoorden en kan ik alle klantengegevens raadplegen indien een klant mij belt. Mijn kantoor heb ik altijd bij me en dit zorgt ervoor dat als ik ’s avonds thuiskom alles gebeurt is, het werk is afgerond voor die dag.”
Bedrijfssoftware gebruiken biedt een aantal voordelen, zoals beter overzicht over cijfers. Zijn er andere voordelen die er voor jou uitspringen?
“De moeilijkheid met informatie op papier is wat je ermee doet eenmaal ze geklasseerd is. Als bedrijfsleider heb je nu eenmaal vergelijkbare cijfers nodig om een analyse te kunnen maken van het bedrijf, om te weten of je goed bezig bent, en indien niet, hoe je kan bijsturen, want bijsturen moet continue gedaan worden. Het voordeel aan digitaal ingeven is dat je je data éénmaal ingeeft. Je dient het geen drie of viermaal over te schrijven wat nu nog op vele bedrijven schering en inslag is. Eén van de grote voordelen van onze software is dat het programma openstaat voor koppeling aan andere programma’s. Zo is er een rechtstreekse link met Fytoweb. Het zorgt ervoor dat de gebruiker, weet wat mag en wat niet mag. Nadien kan de gebruiker alle bespuitingen op papier wijzigen of wissen om fouten te voorkomen. Ook zorgt het programma ervoor dat de loonsproeier eenvoudig zijn bespuiting kan doorgeven aan de boer. Zoals geweten dient de loonsproeier binnen de 7 dagen zijn bespuiting door te geven aan de boer.
In de toekomst willen we als softwarehuis meer en meer het hart zijn van alle digitale communicatie binnen een loonwerk- of landbouwbedrijf. We willen geconnecteerd zijn met alle belangrijke spelers in de sector waardoor de gebruiker zo weinig mogelijk manueel dient in te geven maar wel het maximale aan tijdsbesparing en informatie kan uithalen.”
Hoe zie jij de zaken verder evolueren?
“Persoonlijk ben ik echt een liefhebber van techniek, binnen en buiten de landbouw. Ik zie dan ook met veel plezier de machines evolueren. Ikzelf heb, zoals zovele, nog de tijd gekend van tractoren met een Bril-cabine waarmee je al blij was dat je uit de wind zat. 10 jaar geleden zag je enkel op een beurs een tractor met een groot digitaal scherm, terwijl vandaag bijna iedere nieuwe tractor er een heeft. Maar we mogen geen stappen overslaan. Ieder huis moet sterke fundamenten hebben. We willen alles connecteren en alles automatiseren, maar we blijven onze teeltfiches en onze werkbonnen schrijven met een balpen. Eens we alle informatie op één of andere manier digitaal ingeven, kunnen we de stap zetten om alles te connecteren. Op termijn zullen alle machines met elkaar communiceren en alle informatie doorgeven aan de menselijke kant van het verhaal. De moeilijkheid wordt op termijn het kanaliseren van de informatiestroom. Nu al krijgt de boer of loonwerker zeer veel mails e.d. te verwerken. Informatica moet de mens helpen dit te stroomlijnen. Maar nogmaals laten we geen stappen overslaan. 15 jaar geleden werd voorspeld dat we vandaag alle koeien zouden melken met een robot en zouden we niet allemaal rondrijden met een zelfrijdende auto. Dat we naar een geconnecteerde wereld gaan is zeker, de vraag is enkel in hoeveel stappen.”
Dit artikel verscheen eerder in “De Loonwerker 04/2017”. Wil je graag een abonnement? Surf dan snel naar onze agroshop!
Tekst & Beeld: Antoon Vanderstraeten