De Hesston 4700 grootpakkenpers werd op de Benelux-markt geïntroduceerd in 1986. De grotere 4800 grootpakkenpers stond model voor de 4700, in de Hesston wandelgangen werd de 4700 ook wel de “mini big baler” genoemd. De eerste exemplaren van de 4800 verlieten in 1978 de Hesston-fabriek in het Amerikaanse Kansas. De 4800 was destijds een echte trendsetter en sterk beschermd door niet minder dan 50 wereldwijde patenten. Nieuw was de dubbele knopertechniek, de voorperskamer en de automatische hydraulische controle van de perskamer die in de 4700 naadloos werden toegepast. Dit alles zorgde voor een hoge capaciteit en een regelmatige persdichtheid. De 4800 was ontworpen om vooral hooi en stro persen, terwijl de 4700 door de kleinere afmeting van de perskamer ook geschikt was voor het persen van voorgedroogd gras.
Loonwerkersmachine
Door de stijgende kosten van arbeid en transport medio de jaren ’80 ontstond er een groeiende belangrijkstelling voor grote (vierkante) pakken met een hoge dichtheid. De Hesston 4700 was het antwoord van Fiatagri op de vraag vanuit de praktijk om op een tijds- en arbeidsbesparende manier gemechaniseerd grote, zwaar geperste pakken te persen, te laden en te transporteren. De pakken van de Hesston 4700 hadden een breedte van 80 cm, een hoogte van 85 cm en een instelbare lengte van 120 à 240 cm. Bij de maximumlengte wogen zij ca. 250 kg in stro, overeenkomend met een dichtheid van ca. 150 kg/m³ waardoor men per hectare tussen de 20 tot 25 balen per hectare moest verwerken tegenover voorheen 200 à 250 kleine pakken. Door de afmetingen en door de hoge dichtheid was het mogelijk het laadvermogen van vrachtwagens en aanhangers volledig te benutten, iets wat de transportkosten in belangrijke mate reduceerde. Door de hoge persdruk van 440 kg/m³ in silage schommelde het pakgewicht rond de 600 kg, hetgeen inhield dat men bij drie lagen hoog stapelen per vierkante meter grondoppervlakte bijna 1 ton kuilvoer kon opslaan. Tegenover deze arbeidsbesparing stonden wel de extra kosten van verzamelapparatuur en de veel hogere prijs van de pers. Ondanks dat aanvankelijk de reacties negatief waren, omdat de balen moeilijk te hanteren zouden zijn, maakte het persen van grote pakken eind de jaren tachtig op korte tijd een enorme opgang dit ten nadele van de kleine pakkenpersen en de ronde balenpersen. Eindgebruikers gingen snel overstag omdat de Hesston 4700 door het dubbel knoopsysteem, vormvaste pakken maakte die meerdere keren konden worden verhandeld. Het feit dat na het doorsnijden van de touwen het pak openviel in mooie schijven van ongeveer 5 cm dikte, wat overeen kwam met de helft van een kleine strobaal, maakte de Hesston 4700 grootpakkenpers op korte tijd erg populair. Het was een echte loonwerkersmachine die bij gebruikers jaarlijks tussen de 10 à 12.000 balen per jaar maakte waardoor de hoge investering snel kon worden afgeschreven.
Voorperskamer: sleutel van een gelijkvormige persdichtheid
De constructie van de Hesston 4700 week destijds sterk af van de gebruikelijke persen. De opraper met een breedte van 203 cm zat in het midden en bracht het te persen materiaal door middel van inpakkers met 3 rijen van 2 tanden in de voorperskamer. Deze deed dienst als wachtkamer alvorens het product in het perskanaal werd geduwd. Wanneer de perskamer vol zat, zette een drukschakelaar de inhaalvork met 6 tanden in beweging, die de vooraf geperste schijf in het perskanaal duwde. Hierdoor werd het perskanaal volledig en regelmatig gevuld. Op deze wijze verkreeg men, ook bij dunnere zwaden, toch een gelijkmatige vulling van het grote perskanaal en dus goed gevormde pakken. De perswagen, gemonteerd op 6 looprollen, perste het product met een druk van 18 tot 20 ton, met een cadans van 39 slagen per minuut. De slaglengte bedroeg 75 cm. De 4700 had een eigen hydraulisch systeem om de juiste persdruk van het perskanaal te verzorgen. Deze was af te lezen via twee manometers voorop de pers.
Dubbelknoopsysteem
Er werd voor het binden van de balen met een onder- en een boventouw gewerkt. Wanneer de baal de gewenste lengte had bereikt, werden de naalden in beweging gezet en brachten ze het bindtouw naar de vier knoopapparaten die elk twee opeenvolgende knopen maakten, de ene voor de geperste baal, de andere voor de volgende baal. Door dit systeem stond er geen spanning op het bindtouw tijdens het maken van de baal, zodat touwbreuk door de slagen van de perswagen werd voorkomen. Dit systeem was destijds door Hesston gebrevetteerd en werd later door Rasspe in productie genomen volgens de Hesston-specificaties. Doordat men 16 kluwen touw kon meenemen had men in stro een voorraad voor 400 balen bij. De pers werd aangedreven door een 1000-toeren aftakas en vroeg een trekker met een aftakasvermogen van minstens 85 pk. De capaciteit bedroeg volgens Hesston 20 ton per uur.
Vernuftige katogen
Dat de Hesston 4700 nu nog altijd op een aantal bedrijven wordt ingezet, ligt aan de zware bouw van het perskanaal. De 4700 is gemaakt uit dik gehard staal en slijtonderdelen zoals de knopers kunnen nog via Rasspe worden geleverd. Destijds had de 4700 bijna geen concurrentie, zelfs niet van de Vicon HP 1600. Naar hedendaagse normen is de 4700 een bijna volledig mechanische pers met een groot aantal kettingen. Het onderhoud is daardoor vrij complex. Je moet ermee vertrouwd zijn, maar als je dit onder de knie hebt, zit er toch een bepaalde logica in. Goed en regelmatig smeren is echter de boodschap. In optie kon een automatisch centraal smeersysteem voor 49 smeerpunten en 6 kettingen voor 2.500 euro worden geleverd. Dit werd geactiveerd bij iedere persslag.
Typisch voor de Hestton-grootpakkenpersen zijn de aanwijzers of de katogen, die boven het perskanaal uitsteken. Tijdens het persen staan ze omlaag, bij het knopen komen ze even omhoog en gaan dan terug naar beneden. Als er toch één of meerdere katogen naar boven blijven staan dan is dit voor de chauffeur een visueel signaal dat ofwel het touw is gebroken, de knoop in de knoper is blijven haken of dat het touw op is. Een geoefende 4700-chauffeur houdt daarom constant via de achteruitkijkspiegel van de trekker de pick-up en de katogen in het oog. Om de bestuurder te ontlasten kon bij de tweede generatie van de 4700 in optie tegen 1750 euro een eenvoudige elektrische controle-eenheid met vier verklikkerlichten en een geluidssignaal worden geleverd. De 4700 werkte bijna feilloos in hooi en stro. Bij silage lag de capaciteit opmerkelijk lager. Belangrijk was dat er dan geperst werd in zonnige omstandigheden en bij een niet te laag drogestofgehalte van het gras en dat het zwad goed gevuld was. Sommige gebruikers maakten het perskanaal conisch waardoor de breekbout van de inhaalvork van de voorperskamer minder snel brak bij het persen van voorgedroogd gras.
In 1986 bedroeg de richtprijs van de Hesston 4700, in standaarduitvoering met 16.5/70 x 22.5 banden, exclusief BTW omgerekend ruim 58.000 euro. De Hesston 4700 bleef tot in 1993 in productie en werd opgevolgd door het type 4755.
Tekst: Jan Ebinger Beeld: Maarten Martens & Davy Tandt